Interview met Huug Eijkelkamp van Royal Eijkelkamp - "Blijf altijd geloven in wat je doet"
Wanneer we Huug Eijkelkamp spreken, weten we al dat Royal Eijkelkamp een succesvolle organisatie is die inmiddels wereldwijd opereert. De vraag waar ze actief zijn is dan ook redelijk lastig te beantwoorden, we kunnen beter vragen waar niet. Om te begrijpen hoe dit zo is gekomen neemt Huug ons in vogelvlucht mee door de tijd:
Het ontstaan van Royal Eijkelkamp vindt zijn oorsprong in 1911. De overgrootvader van Huug was smid in het dorpje Lathum, een beroep wat uiteindelijk ook door zijn zoon Jan wordt beoefend. Als civiel smid heeft hij later ook een tankstation voor de deur en een winkel waar van alles en nog wat wordt verkocht. “Een beetje een winkel van Sinkel”, aldus Huug. Na de tweede wereldoorlog liep er begin jaren 50 een professor van de Universiteit Wageningen de winkel in. Hij was op zoek naar een handboor waarmee Nederland geografisch/geotechnisch in kaart kon worden gebracht. Zijn opa ging deze boor maken, die de naam Edelmanboor kreeg, vernoemd naar de professor. De boor was exact anderhalve meter lang. Niet omdat dit nodig was voor metingen, maar omdat deze precies achterin een Volkswagen Kever paste, de auto waar op dat moment veel mee rond werd gereden.
Met deze Edelmanboor was de eerste stap in het maken van bodemapparatuur gezet. Er kwam al snel vraag vanuit het buitenland want er waren maar weinig producten beschikbaar op dit gebied. Al snel kwam er ook vraag naar andere oplossingen voor water- en bodemonderzoek. De opa van Huug anticipeerde hier toen al op door brochures in 5 talen uit te brengen om aan te tonen welke apparatuur door Eijkelkamp werd gemaakt. Tot de jaren 60 doet de opa van Huug dit alles naast zijn andere werk. Eind jaren 60 komt zijn zoon, Fons Eijkelkamp, terug uit het leger. Hij gaat in de zaak werken en wil het ontwikkelen en maken van de apparatuur graag naar een hoger niveau tillen. Wel heeft hij als voorwaarde dat hij zich hier volledig op wil kunnen focussen en zaken als het tankstation, de winkel en het werken in de steenfabriek tot het verleden moeten behoren. In de jaren 80 volgt een compleet nieuwe fabriek. Begin jaren 90 kwam de vraag van Shell om een betere boortechnologie te ontwikkelen voor exploratiedoeleinden. Royal Eijkelkamp vindt daarvoor in Amerika een speciale techniek die daar nooit commercieel op de markt is gebracht. Dit doet Royal Eijkelkamp in Nederland wel en dat is waar Huug om de hoek komt kijken. Na zijn opleiding had hij als ‘zoontje van de baas’ geen zin om bij zijn vader te gaan werken, hij wilde de wereld ontdekken. Aangezien de bouw van machines voor grond- en wateronderzoek wel sterk in opmars was, werd hem gevraagd toch die kar te gaan trekken binnen het bedrijf. Dit heeft hij gedaan en is sinds een jaar CEO van de gehele club.
De internationale organisatie
We vragen Huug hoe zij ondernemen in het buitenland organiseren. Hebben ze bijvoorbeeld fysieke kantoren in andere landen of wordt alles vanuit Nederland geregeld?. Huug geeft aan dat ze in elk land een distributeur, reseller of vertegenwoordigende partij hebben zitten. “Het verschil is groot. In het ene land verschuiven ze enkel dozen, in het andere land zijn ze dag in dag uit met onze producten bezig.” In Amerika heeft Huug er voor gekozen rechtstreeks de markt op te gaan. Iedere keer was het Eijkelkamp assortiment slechts een onderdeel van een groter bedrijf. Bij interesse kregen ze wat aandacht, anders gebeurde er vrijwel niets. “We dachten, die paar ton die we daar omzetten, dat kunnen miljoenen zijn. Toen zijn we het zelf gaan doen en het loopt nu echt als een trein”. We vroegen hem hoe hij dit in Amerika gedaan heeft. We horen immers veel dat ondernemers en organisaties maar moeilijk voet aan de grond krijgen. Huug geeft aan dat hij veel geluk heeft gehad: “Door het vele reizen en de marktbewerking heb ik iemand leren kennen in Amerika. Met hem hebben we in 8 jaar een hechte relatie opgebouwd en hij runt de boel nu daar. Ik steek voor hem mijn hand in het vuur, het is net alsof hij familiaire passie heeft, zo begaan is hij met de organisatie. Dit is essentieel geweest voor ons succes in Amerika.” Huug denkt dat dit sowieso belangrijk is voor succes, waar in de wereld je dan ook onderneemt: “ik probeer ook uit te breiden naar Zuid-Afrika, het zuidelijk halfrond en Australië, maar loop elke keer tegen hetzelfde aan. Ik mis die local die ik vertrouw, een dedicated CEO waar ik het werk aan over kan laten. Die zijn lastig te vinden.”
Succesfactoren
We vragen Huug of er naast een lokaal persoon nog meer dingen essentieel zijn voor succes in het buitenland. Huug geeft aan dat hij merkt dat het makkelijker wordt wanneer je een positie krijgt met meer autoriteit. “Inmiddels is Royal Eijkelkamp een dermate grote speler dat we eisen kunnen stellen aan de afnemer van de producten. Als ze niet kunnen waarmaken wat ze zeggen, gaan we gerust met een andere partij in zee. Deze luxe scheelt ook erg met het uitbreiden van je business.“
Cultuurverschillen
Huug merkt bij het zakendoen in het buitenland duidelijk dat er veel cultuurverschillen zijn: “Wanneer je acquisitie doet in Zuidoost-Azië is dit bijvoorbeeld duidelijk merkbaar. Waar wij als Nederlanders ergens komen om ons verhaal te doen en een deal te sluiten, ga je daar eerst een uur over koetjes en kalfjes praten. In de laatste 10 minuten van de meeting doen ze dan een wrap-up en worden alle zakelijke beslissingen genomen. Sowieso is dit in de zuidelijke regio’s het geval. De warmere culturen die meer familiair ingesteld zijn hebben dit allemaal. We stomen werknemers die naar deze landen gaan hier ook echt voor klaar. Ze moeten zich bewust zijn van de cultuurverschillen om succesvol zaken te kunnen doen”. Op de vraag of ze hier een bepaalde training of cursus voor hebben, geeft Huug het volgende antwoord: “Nee, we hebben niet een specifieke training maar letten enorm op wie we aannemen. Als we voor een specifieke regio iemand zoeken dan kijken we naar een sociaal, empathisch persoon waarvan we weten dat ze de cultuur van die regio begrijpen. Dan is de helft van het werk al gedaan.
Subsidies
Royal Eijkelkamp is inmiddels uitgegroeid tot een grote, internationale speler, toch maken zij ook gebruik van subsidies om bepaalde projecten doorgang te laten geven. “Je moet gebruik maken van de middelen die er zijn. Er komt vanuit de RVO weleens een subsidie om een nieuw marktpotentieel te demonstreren. Als je nieuwe markten gaat bewerken, kun je leuke subsidies krijgen. Uiteindelijk haal je hier dan ook weer business mee naar Nederland dus het is een win-win situatie. Op de hoogte blijven van deze subsidies doen ze zelf door direct contact te zoeken met de RVO. Ze hebben intern mensen die onderzoeken welke mogelijkheden er op het gebied van subsidie zijn en ook in het buitenland worden ze af en toe door distributeurs op subsidies gewezen.
Het predicaat 'Royal'
We vonden het erg interessant dat Eijkelkamp het predicaat ‘Royal’ heeft gekregen en vragen Huug wanneer ze deze ontvangen hebben: “We hebben deze in 2011 gekregen, je moet dit overigens wel zelf aanvragen. We vonden ons 100-jarig jubileum een mooie aangelegenheid en het was een verrassing voor mijn vader. Het is trouwens nog een langdurig en veelomvattend traject. Er wordt gekeken naar tal van zaken. Zo moet je vooraanstaand zijn in jouw vakgebied, minimaal 100 jaar bestaan en er wordt ook gekeken of je een financieel stabiel bedrijf bent. Als de Kanselarij der Nederlandse Orden vervolgens een positief advies uitbrengt, krijg je uiteindelijk het Koninklijk Predicaat van de koning, of in ons geval Koningin Beatrix. Elke 25 jaar wordt opnieuw getoetst of je het predicaat Royal mag behouden. In het buitenland is het hebben van die royal onderscheiding toch mooi meegenomen. “We waren eerst redelijk terughoudend met het gebruik van de onderscheiding. Vijf jaar geleden zijn we het toch corporate breed gaan uitdragen in bijvoorbeeld het logo. Het is bovendien vaak een ijsbreker bij nieuwe mensen. Je wijdt er een paar minuten aan en dat maakt toch indruk”.
Missies en beurzen
Op de vraag of ze bij Royal Eijkelkamp meegaan op missies en op beurzen staan geeft Huug een duidelijk antwoord: “Als er handelsmissies zijn in ons vakgebied gaan wij zeker mee. Ook staan we wereldwijd op beurzen. Het is een beetje een vervelende bijkomstigheid, maar als je succesvol bent en je bent on- en offline goed zichtbaar, verwacht men ook dat je op alle belangrijke beurzen staat. Besluit je een jaar niet te gaan, dan is de gedachte nogal eens dat het dan niet goed gaat met de organisatie. Dit wil je niet uitstralen. De vraag is of je dit als reden moet zien om te gaan. Maar buiten dat proberen wij zoveel mogelijk aanwezig te zijn.”
Tips
Bij de vraag of Huug nog goede tips heeft voor andere ondernemers, geeft hij een illustrerend voorbeeld. Hij was met zijn vader naar Sri Lanka, waar hij voor de derde keer een pitch moest doen. Voor de derde keer vertellen wat je komt doen terwijl je gesprekspartner zit te gapen is niet prettig, vermoeiend en je moet er een lange adem voor hebben. Zijn vader dacht dit gaat helemaal mis, Huug wist uit ervaring inmiddels dat dit nou eenmaal zo werkt en dat je moet volhouden. Zijn tip is dan ook: “geloof in jezelf, en blijf geloven in wat je doet. Ook al kom je dan drempels tegen en maak je vervelende dingen mee, het komt goed als je er maar in blijft geloven. Volhouden is nu eenmaal key voor succes.